In mijn achtertuin heb ik een levende pot met goud. Zwart goud, dat zichzelf vermeerdert als je er wat uithaalt. Ik zou een lucratief handeltje kunnen opzetten, maar heb besloten dat dit mijn projectje zonder winstoogmerk blijft. Mijn compost-wormen-projectje. Een bak voor al mijn groenafval, dat dankzij de wormen extra snel in vruchtbare compost wordt omgezet. Mijn bak draait al jaren en heb hele generaties wormen zien komen en gaan. Mijn wormen deel ik namelijk met mensen die zelf ook een wormenbak willen opstarten. Zo ongeveer eens per week staat er een persoon met een bakje voor de deur.

Vaak is het bakje een witte van de Chinees. Of een oude ijsbak. Uitzonderingen zijn de mensen met een herbruikbaar Tupperware bakje. Ik vraag me altijd af of dit bakje een week later gevuld zal worden met etensresten. Hoewel het bakje altijd anders is, is de persoon erachter juist van hetzelfde soort mens. Hoewel ze mannen, vrouwen, jong en oud kunnen zijn, zijn ze altijd geïnteresseerd, aardig en in voor een praatje.

Dat praatje vindt voorovergebogen over mijn wormenbak plaats. Ik met een schepje. Zij met het zelf meegebrachte bakje. Zij een tikje bewonderend over mijn krioelende compost. Ik relativerend dat er eigenlijk niet zoveel mis kan gaan. Zij vragen om tips. Ik antwoord dat je er geen knoflook in moet doen, maar dat ze zelf ook wel kunnen bedenken dat dat stinkt. Ik noem ook dat wormen niet van vlees houden. Vrijwel alle personen met bakjes antwoorden dat ze vegetariër zijn. Niet zelden heeft de persoon met het bakje een reep verantwoorde chocola, walnoten uit eigen tuin of een stekje van een zelfgekweekte basilicumplant mee. Zij krijgen een extra schepje wormen mee.  

Personen met bakjes zijn van nature lieve en bescheiden mensen. Een tikkeltje onzeker ook wel. Als ik mijn schepje tevoorschijn haal en de deksel van de wormenbak lift, halen ze hun bakje aarzelend tevoorschijn. Steevast benoemen personen met bakjes dat ze niet goed wisten wat voor bakje ze mee moesten nemen. En dat ze hopen dat hij niet te groot is. Of juist te klein. Ik roep altijd dat wormen vast niet zo kieskeurig zijn. Maar dat het wel fijn is dat er een deksel op zit. Het verhaal over die ene persoon met bakje zonder deksel, die na afloop van het autoritje nog even een fotootje stuurde van zijn achterbank, stelt de personen met bakjes met deksel altijd gerust.

5 Reacties

Laat een antwoord achter aan Klazien Vegter Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *