Dit is een ode aan de meneer in pak die laatst op het station een banaan uit zijn aktetas haalde. Vlak voordat de banaan tevoorschijn kwam, had ik mijn fiets in de stalling onder het station gezet. Een rood lichtje bungelt aan het zadel naast mijn fiets. Om mijn goede-daad-punten op peil te houden, klik ik het uit. Een gewoonte die me altijd inwendig laat glimlachen. Een actie die niemand bewust zal merken. En juist daardoor geeft dit kleine, stiekeme gebaar voldoening.
Eenmaal op het perron is het tochtig en nog steeds half donker. Terwijl ik een strategisch plekje op het perron zoek, loop ik langs een stationsbankje. Een zwart, ijzeren bankje met daarop een gevulde slaapzak. Aan de slaapzak die tot over het hoofd is opgetrokken, is af te lezen dat deze man hier niet pas een paar minuten ligt. Of zou het een vrouw zijn? Iedereen die langs het bankje loopt, draait zijn hoofd en wordt even opgeschrikt uit zijn gedachten. Niemand die iets doet. Maar ja, wat kan je doen? Was hier maar een achterlichtje dat ik uit kon klikken. En dan, terwijl de drie koplampen van de trein al opdoemen, loopt een man in pak vluchtig langs het bankje.
Een paar meter voorbij de voeten in de slaapzak blijft de man abrupt staan. Hij draait zich om. Plichtsgetrouw opent hij zijn aktetas. Uit de tas verschijnt de banaan. Behoedzaam wordt de banaan naast de tas gelegd die als kussen dient. De banaan zal het eerste zijn dat de zwerver zal zien als hij of zij wakker wordt.
Ik wil de man namens de zwerver bedanken. Of in ieder geval vriendelijk toelachen. Maar we worden beide opgeslokt door de volle trein en verdwijnen uit elkaars zicht. Als ik een lege stoel gevonden heb, haal ik een appel uit mijn tas. Bij elke hap ben ik me er van bewust dat het uitklikken van fietslampjes verbleekt bij de goede daad van deze held in pak.
Nog geen reacties